Getuigenis

Steeds op zoek naar liefde

Steeds op zoek naar liefde

Ik werd gestopt in mijn verdovende race door een avontuur dat erg slecht afliep. Ik was gaan stappen om me te vermaken en ik liep op tegen een bende jongens die geen lolletjes maakten en die een onbezonnen poesje wel eens een lesje wilden leren. Dat was mijn eerste 'tocht door de woestijn'; ik was gebroken, had een afkeer van mezelf en van de anderen.

In de volgende fase, vanaf zestien jaar, zocht ik steeds sterker naar liefde maar eveneens op de verkeerde manier. Iemand hebben die van me hield, daar wilde ik alles voor doen. Van een ander houden ook wel, maar daarbij raakte ik al heel snel verstrikt in een warwinkel van gevoelens: vriendschap/aantrekkingskracht. En daarbij gold nog steeds: 'ik wil alles, en wel onmiddellijk' en 'vooral niets uitstellen tot morgen'. Dat leverde één grote puinhoop op. Het enige wat ik me naderhand herinnerde waren vriendschappen die kapot waren gegaan, een grote liefde die veranderde in een hoop vuil, en mooie principes die geen standhielden ...

Voor de tweede keer voelde ik me innerlijk verscheurd en maakte ik een tocht door de woestijn. Een woestijn zonder God, want ik voelde me totaal niet aangesproken door de vraag naar God of naar spiritualiteit; ik was op geen enkele manier op zoek naar de werkelijkheid achter de dingen. Dat alles was net als een ordner die in de kast werd weggeborgen zonder ooit opengemaakt te zijn.

Toch voelde ik nog altijd, diep in me, een groot verlangen om van iemand te houden en om een grote, definitieve en radicale liefde te beleven. Maar wat kon ik daarmee? hoe moest ik het doen?

Chrisje

Toen ik twaalf was, werd ik door de puberteit enorm door elkaar geschud. Van binnen werd ik overspoeld door ongekende, zeer heftige gevoelens: sexuele verlangens, zoeken naar wie ik zelf was in de manier waarop anderen naar me keken, de behoefte om volwassen te lijken, enzovoort. Op een kamp voor jongeren werd ik toen geconfronteerd met opvattingen over liefde (in de relaties tussen jongens en meisjes, pornografie...), die ik van huis uit niet kende; daar werd nauwelijks over deze zaken gesproken. Dat alles bij elkaar bracht me volledig in de war. Ik begon 'goed' te noemen, wat me voorheen 'slecht' leek. Daarmee werden alle waarden omgedraaid en begon ik in het wilde weg allerlei sexuele ervaringen op te doen. Ik gaf mijn studieplannen op, beschaamde het vertrouwen dat mijn ouders in me stelden, ging alcohol en drugs gebruiken enzovoort. Ik leefde toen volgens twee principes:

- hoe meer ik meemaak, des te interessanter is mijn leven;

- ik wil álles, en wel onmiddellijk.

Van iemand houden was is dat?






























50 vragen

Emmanuel